Papegaaien en parkieten, in één woord kromsnavels
genoemd, zijn boeiende en aantrekkelijke vogels.
Hun vaak kleurige veren, hun intelligentie en vooral het vermogen van
sommige soorten om te praten en te imiteren, spreken tot de verbeelding
en maken hen populair als huisdier.Kromsnavels
zijn echter niet niet als vanzelfsprekend huisdieren. Eenmaal deskundig
gesocialiseerd tot huisdier zijn ze prima te houden door iedereen die op
de hoogte is van de juiste omgangsvormen en regels.
Juist hun intelligentie maakt dat ze veel aandacht,
afwisseling en bovendien opvoeding nodig hebben. Als daar niet aan
voldaan wordt, kunnen ze gedragsproblemen ontwikkelen en zit je met een
krijsende, bijtende of zichzelf kaal plukkende vogel. Daar is vaak wel
iets aan te doen, maar ook dat kost tijd en enrgie.
Vrijwel alle papegaaien en parkieten zijn van nature
groepsdieren, wat betekent dat ze gezelschap nodig hebben. Je zult dus
zelf veel met de vogel bezig moeten zijn, of hem of haar met een of soms
meerdere soortgenoten moeten houden. Ook de voeding van kromsnavels is
iets waar veel fouten mee gemaakt worden en waar u zich in zult moeten
verdiepen. Vogels hebbenh andere voedingsstoffen nodig dan huisdieren en
het kant en klare vogelvoer in de winkel is vaak niet voldoende om deze
binnen te krijgen.
Realiseer je ook dat papegaaien en parkieten niet gedomesticeerd zijn:
ze worden pas sinds de laatste 100 jaar veelvuldig in gevangenschap
gekweekt en staan daardoor in hun gedrag en behoeften nog dicht bij hun
in het wild levende soortgenoten. Juist dit gegeven is voor de meeste
liefhebbers van kromsnavels de uitdaging waarom zij er aan begonnen
zijn. Het maakt de hobby alles behalve saai.
De groep kromsnavels is zo divers, dat het in de
eerste plaats heel belangrijk is om uit te zoeken welke soort het beste
past bij je wensen en situatie. Er wordt beweerd dat bepaalde soorten
geschikt zijn voor beginnende vogelhouders, terwijl voor andere soorten
ervaring nodig zou zijn met papegaaien. Dit berust echter grotendeels op
een fabeltje. Een kleine grasparkiet is net zo triest door verkeerde
omgang dan een grote hyacint ara dat zou zijn. Omdat de gevolgen bij een
kleine vogel VOOR ONS meer of minder ingrijpend zouden kunnen zijn,
direct wordt ten onrechte gedacht aan een beet, zou een kleinere vogel
meer geschikt zijn voor beginners? Het is dus minder erg niet om te
kunnen gaan met kromsnavels als het een klein exemplaar betreft dan
wanneer het een groot exemplaar betreft?
Vanuit het perspectief van het dier maakt het geen
verschil of hij als kleine vogel mishandeld wordt of als grote vogel.
Verkeerde omgang is en blijft verkeerde omgang ongeacht wat de directe
gevolgen daarvan zijn voor de eigenaar. Wij kennen mensen die een
kaketoe als eerste vogel ooit in huis haalden waar dit uitstekend
verloopt ook na jaren. Ook kennen we mensen die na aanschaf van een
valkparkiet het dier na allerlei klaagserenades een paar maanden later
op marktplaats te koop zetten 'wegens allergie'.
Feit is dat alle soorten kromsnavels van de verzorger
eisen dat deze op de hoogte is van ten minste een aantal basis
wetenswaardigheden. Zo kan een deskundig gesocialiseerde grijze
roodstaartpapegaai beter 'bij iemand passen' dan een slecht of niet
gesocialiseerde valkparkiet! Bij het houden van een vogel als HUISDIER
is deskundigheid dus de sleutel tot succes.
Dit betekend niet dat je een professor moet zijn
voordat je een papegaai of parkiet in huis haalt, maar dat je
bijvoorbeeld door deel te nemen aan onze Birdbox Papegaaienschool
toegang hebt tot een betrouwbare bron van kennis, advies en ervaring
waarop je ten alle tijden kunt terugvallen, mocht dat nodig zijn. Het
beste kun je informeren bij mensen die zelf al jaren succesvol
samenleven met papegaaien en/of parkieten in huis. Er zijn namelijk op
internet allerlei bronnen met verschillende motivaties die niet altijd
allemaal even zuiver zijn. Zijn zijn er forums die eigendom zijn van
regulieren dierenhandelaren. Dit zijn winkels waar men doorgaans niet de
tijd neemt noch heeft om dit soort dieren met voldoende tijd en inzet
tot huisdier te socialiseren op deskundige wijze. Toch willen zij vogels
verkopen en hebben er belang bij dat u dit NIET doet bij een hobbykweker
zoals wij die door vele jaren ervaring wel deskundig is. Het gevolg is
dus een forum vol met geklaag richting hobbyisten enz enz
Leeftijd
Veel kromsnavels worden oud en sommige soorten zullen
je zeker zelfs overleven. Een ara kan wel 100 jaar of ouder worden.
Om echt plezier te hebben van papegaaien of parkieten, moet je ervoor
zorgen dat je de juiste keuze maakt en weet waar je op moet letten bij
aanschaf. Deze website en ook ons
leden gedeelte helpt u
daarbij.
Waarom wil ik een papegaai of parkiet aanschaffen?
Als je overweegt om een papegaai of parkiet aan te
schaffen, moet je er eerst bij stil staan wat je van zo’n vogel
verwacht. Vaak blijkt de werkelijkheid anders te zijn dan het beeld dat
men vooraf heeft van het houden van een papegaai. Wat je in video's op
Youtube ziet of in de huiskamer bij iemand anders is slechts een
momentopname van meestal de 'lusten', terwijl de 'lasten' niet te zien
zijn.
Bedenk dus eerst goed wat je eigenlijk wilt.
Wil je graag een volière met meerdere vogels hebben om naar te kijken?
Wil je juist een band opbouwen met je vogel en er veel mee bezig zijn?
Ben je vooral gefascineerd door de mooie kleuren, of door het onderlinge
gedrag van een bepaalde vogelsoort? Of wil je een vogel die duidelijk
aanwezig is in je leven en die je kunt opvoeden en trainen?
Wil je jouw vogel kunnen meenemen naar buiten, of los door de kamer
kunnen laten vliegen?
Pas als je weet wat je verwacht, kun je echt uitvinden of dat beeld
realistisch is en welke kromsnavelsoort het beste bij je wensen past.
Moet de papegaai of parkiet kunnen praten?
Vaak willen mensen een papegaai aanschaffen die kan
praten. Natuurlijk is het leuk als je papegaai woordjes kan leren
zeggen, maar realiseer je dat je voor de aanschaf, zeker als het een
jonge vogel betreft nooit zeker kunt weten of dit daadwerkelijk gaat
gebeuren. Ondanks dat bepaalde soorten hier meer of minder aanleg voor
hebben. Het spreken van een papegaai moet je zien als een toegift, niet
als een hoofdzaak, want het omvat slechts een zeer klein deel van waar
je allemaal mee te maken krijgt bij het houden van een kromsnavel als
huisdier.
Het praten wordt vaak uitgelegd als niet meer dan
alleen het nabootsen van menselijke klanken: de papegaai zou geen geen
zinnen uitspreken en je zou geen gesprek met hem voeren. Je zou hem
bijvoorbeeld niet kunnen vragen even stil te zijn als hij door je
favoriete tv-programma heen schreeuwt…
Men kan dit wel op allerlei zogenaamde 'onafhankelijk
betrouwbare websites' beweren, maar feit is dat door ruim 40 jaar
wetenschappelijk onderzoek in de VS onomstotelijk is vast komen te staan
dat bijvoorbeeld de grijze roodstaartpapegaai verstandelijke vermogens
bezit die vergelijkbaar zijn met die van een kind van 5 jaar!
Hoezo weet de papegaai dan niet wat hij zegt? Hij zegt
wat JIJ hem hebt geleerd, bewust EN onbewust!
Dagelijks staan wij versteld van de intelligentie van
deze dieren en de mogelijkheden die dat bied om ze tal van zaken te
leren. Het is juist daardoor dat deze dieren zeer goed als huisdier
gehouden kunnen worden, mits men dus zoals gezegd goed op de hoogte is
van de juiste omgangsvormen.
Sta er bij stil dat je papegaai niet alleen gewenste
maar ook ongewenste geluiden na kan doen, en dat er geen ‘uit’-knop op
zit. Alles zal d.m.v. training met geduld en inzet moeten worden
aangeleerd.
Wist je trouwens dat ook grasparkieten en
valkparkieten vrij goed kunnen leren om woorden na te bootsen en dat dit
in principe niet direct geslacht gebonden is?
Belangrijker dan of het dier kan ‘praten’ is of de papegaai goed bij jou
en jouw situatie past, en of je hem leert begrijpen door zijn
lichaamstaal te leren kennen en veel over hem te weten te komen. Daarvan
heh je uiteindelijk meer plezier dan van die paar woordjes, omdat een
tevreden kromsnavel ook een tevreden verzorger zal maken.
Knuffelen
Er wordt vaak beweerd dat een papegaai geen knuffeldier is. Hoewel ze
erg tam kunnen zijn en kunnen genieten van kriebelen op hun kop, is
uitgebreid knuffelen en aaien van een papegaai niet altijd een goed
idee. In papegaaiengedrag is het aanraken van de rug en het gebied onder
de vleugels iets wat alleen met de seksuele partner gedaan wordt, net
als bijvoorbeeld voedsel vanuit uw mond aanbieden. Knuffel en aai je je
volwassen papegaai daar steeds, dan bestaat de kans dat hij of zij jou
als partner gaat zien en als je zijn verwachtingen vervolgens niet waar
kunt maken, kan de vogel gefrustreerd worden en agressief, of erg
jaloers tegenover alle andere huisgenoten. Contact maken met een
papegaai bestaat dus meer uit verbaal contact, ‘koppie krauwen’,
spelletjes en training dan uit uitgebreid fysiek contact.
Past een papegaai of parkiet bij mij?
Voor je beslist dat je een papegaai of parkiet wilt aanschaffen, is het
verstandig eerst na te gaan of deze vogels bij jou en jouw situatie
passen.
Hieronder wat suggesties om je daarbij op weg te
helpen:
Tijd voor verzorging?
Het houden van een of meerdere parkieten of papegaaien
kost tijd. De kooi of volière moet verschoond worden en de vogel moet
elke dag voer en vers water hebben, en natuurlijk moet je dagelijks tijd
uittrekken om de vogels te observeren, zodat je eventuele problemen
tijdig herkent. Dat is bij vogels extra belangrijk, omdat ze ziekte vaak
proberen te verbergen; als prooidier zijn ze immers een gemakkelijk
doelwit als ze zich verzwakt tonen.
Daarnaast echter hebben kromsnavels ook gerichte
aandacht nodig. Hoeveel tijd je daarmee kwijt bent, hangt o.a. af van de
soort die je kiest en de manier waarop je ze houdt.
Bouw je een volière voor bijvoorbeeld een groepje grasparkieten, met een
voor de dieren interessante inrichting en wat speelgoed, dan houden de
dieren elkaar bezig.
Wil je een koppel agaporniden houden in de huiskamer,
dan moet je daar al wat meer tijd voor uittrekken, bijvoorbeeld voor het
maken en vervangen van speelgoed, voerverrijking en voor basistraining.
Kies je een papegaai, zoals een grijze roodstaart of
een amazonepapegaai, dan moet je er rekening mee houden dat je meer tijd
per dag aan de papegaai zult moeten besteden. Dat geldt zeker als je de
vogel in zijn eentje houdt, maar dubbel zoveel als je er twee houd. Je
zult de vogels moeten opvoeden en tenminste enigszins trainen, alleen al
zodat je de verzorging zonder problemen kunt uitvoeren.
Daarnaast vragen de vogels aandacht en uitdagend
(voedsel-)speelgoed, en is het goed om hen ook buiten hun kooi de
mogelijkheid te geven om te spelen en onderzoeken, bijvoorbeeld op een
speelboom. Je kunt dergelijke vogels niet de hele dag alleen laten,
omdat je naar je werk moet. Zeker soorten als de Ara en de kaketoe
moeten veel bezig gehouden worden.
Voldoende ruimte beschikbaar?
Een papegaai heeft veel ruimte nodig. Een flinke kooi
kan dienen als vaste plek, maar daarnaast heeft een papegaai die in huis
wordt gehouden ook ruimte nodig om te kunnen vliegen of spelen. Een
klim- en speelboom kan daarvoor goed dienst doen. Het is prettig als de
kooi gemakkelijk verplaatst kan worden, bijvoorbeeld doordat hij op
wielen staat. Als je meer dan één papegaai wilt houden dan heb je
meestal voor elke vogel een eigen kooi nodig, hoewel ze soms wel een
kooi kunnen delen als ze daar van jongs af aan samen in leven of erg
goed met elkaar overweg kunnen.
Wilt je meerdere papegaaien of parkieten in een volière houden, dan heb
je voldoende ruimte nodig in huis of tuin, waarbij je bij een
buitenvolière ook het nachtverblijf niet moet vergeten.
Het formaat van de kooi of volière is natuurlijk afhankelijk van de
grootte van de vogel(s), maar ook van hun activiteit. Voor een amazone
of grijze roodstaart heb je een kooi van tenminste 120 x 80 centimeter
nodig maar liever groter, en daarnaast speelruimte. Ara’s hebben veel
energie en hebben daardoor veel ruimte nodig, met liefst de mogelijkheid
om te vliegen. Omdat dit laatste vaak niet haalbaar is, zul je hen veel
klimruimte en bijvoorbeeld materiaal dat zij kunnen slopen moeten bieden
om hen de mogelijkheid te bieden natuurlijk gedrag uit te voeren.
Veel kleinere soorten zoals de grasparkiet, Agapornis
en valkparkiet zijn actieve dieren en hebben daarom relatief meer ruimte
nodig dan grotere maar rustigere soorten, zoals bijvoorbeeld de
edelpapegaai. Het verblijf moet minimaal zo groot zijn dat de vogel naar
alle kanten zijn vleugels kan uitspreiden, maar groter is uiteraard
beter.
Wat vinden huisgenoten ervan?
Het is leuker als je huisgenoten je huisdieren ook leuk vinden. De kans
is dan groter dat zij willen helpen bij het verzorgen en bovendien
zullen zij de dieren dan ook aandacht geven. Omdat het houden van
papegaaien zowel tijd als ruimte vergt, is het niet verstandig deze
dieren aan te schaffen, wanneer je huisgenoten negatief tegenover de
aanschaf staan. Ook moeten zij tegen het schreeuwen van de vogels
bestand zijn, omdat veel papegaaien van nature nogal luidruchtig kunnen
zijn (met name in de ochtend en avond).
Houd er rekening mee dat niet alle soorten papegaaien
geschikt zijn voor alle soorten gezinnen. Er zijn exemplaren die niet
geschikt zijn in een gezin met kleine kinderen, bijvoorbeeld omdat ze
soms agressief kunnen zijn of omdat ze gevoelig zijn voor drukte en
herrie. Dit is niet zonder meer aan bepaalde soorten toe te schrijven,
maar wel aan hoe er met de dieren is omgegaan voordat ze bij jou in huis
terecht komen en vervolgens aan hoe jij er zelf mee omgaat.
De ne soort heeft wat meer aanleg tot eenkennigheid
dan de ander en Zuid-Ameriaken hebben vaak een pittiger karakter (
aangeboren eigenschappen dus) dan Afrikanen.
Allergie en andere gezondheidsaspecten
Papegaaien veroorzaken, net als alle vogels, veel stof
door het verspreiden van huid- en veerschilfers. Dit veerstof kan bij
mensen luchtwegproblemen veroorzaken die op astma lijken, de zogenaamde
‘duivenmelkerslong’ of ‘vogelhouderslong’. Dit uit zich in hoesten en
benauwdheid en tast de longen aan. Goede hygiëne is daarom noodzakelijk.
Er is bovendien verschil per soort: witte kaketoes, maar ook grijze
roodstaart papegaaien, verspreiden meer veerstof dan de meeste andere
papegaaien. Dat kan overigens niet alleen voor mensen maar ook voor
andere papegaaien een probleem zijn. Het regelmatig douchen of
besproeien van de vogels, wat ook voor hun gezondheid nodig is, omdat
onze huizen vaak te droog zijn, helpt het stof onder controle te houden.
Wij adviseren met klem een goede ionisator aan te
schaffen zelfs als u maar 1 grasparkiet in huis houd. Deze apparaten,
mits van goede kwaliteit, filteren zonder filter alle zwevende fijn
stofdeeltjes uit de lucht. Hierdoor ontstaan een zeer gezonde lucht die
zelfs mensen met hooikoorts of andere allergiën van hun probleem
afhelpt. Het wordt ook door longartsen geadviseerd. Let echter wel op
capaciteit en kwaliteit. De meeste produceren als bijproduct ozon.
Zonder goede ventilatie is dat juist weer slcht voor mens en dier. De
firma LightAir produceert zover bekend als enige ionisatoren van hoge
kwaliteit zonder ozon bijproductie.
Bij vogels die je buiten huisvest is dit probleem
minder groot, maar denk eraan dat iemand ook de volière moet verschonen.
Een mond- en neuskapje is daarbij aan te raden. Ten tijde van heersen
vogelgriep onder wilde vogels doet u er verstandig aan de volieres
altijd volledig afgedekt te houden, zodat er geen uitwerpselen van
overvliegen vogels naar binnen kunnen vallen.
Ook kunnen mensen allergisch zijn voor vogels of, wat vaker voorkomt,
voor huisstofmijt die ook veel in de vogelkooi te vinden is, omdat de
mijten op huidschilfers afkomen. Daardoor kunnen zij last krijgen van
bijvoorbeeld niezen en tranende, jeukende ogen. In dat geval is het
onverstandig een vogel in huis te halen. Twijfel je of je allergisch
bent of ben je (of is een van je huisgenoten) gevoelig voor allergieën,
laat je dan testen voor je een vogel aanschaft. Natuurlijk is een vogel
voor mensen met astma in principe geen geschikt huisdier, omdat dit de
klachten kan opwekken of verergeren. Toch hebben wij wat dit betreft
vele voorbeelden gezien waarbij een goede ionisator de uitkomst bood.
Sigarettenrook en andere giftige stoffen
Vogels zijn extra gevoelig voor het inademen van giftige stoffen. Als je
een vogel in huis wilt nemen, moet je daar rekening mee houden. Rook je
of gebruik je graag geurkaarsen, wierrook, luchtverfrissers of andere
vormen van damp of spray, doe dit dan niet in de ruimte waar de vogel
staat. Ook met een open keuken of met gourmetten moet je oppassen, van
een te heet geworden anti-aanbaklaag, aangebrande pannen, verhitte olie
of gesmolten plastic komen dampen af die giftig zijn voor vogels.
Kromsnavels en buren
Papegaaien kunnen schreeuwen. Dit hoort bij hun
natuurlijke gedrag. Elke ochtend en elke avond is het bij veel soorten
in de natuur tijd om zich te verzamelen in groepen, en daarbij roepen ze
elkaar. Afhankelijk van de soort kan deze roep erg hard en schel zijn,
of veel zachter. Kaketoes en ara’s en ook de kleinere zonparkieten
schreeuwen vaak het hardst maar ook amazones kunnen flink hard
schreeuwen. Grasparkieten en Forpus dwergpapegaaien zijn aanzienlijk
minder luidruchtig. Heeft u buren dan moet u hier ook rekening mee
houden. Isolerende wanden kunnen helpen, evenals het ’s avonds naar een
binnenverblijf halen van papegaaien die in een buitenvolière leven, maar
dit is geen garantie dat uw buren niets meer horen van uw vogels!
Daarnaast kan het gebeuren dat papegaaien gaan schreeuwen omdat ze
aandacht trekken, zich vervelen of om andere redenen. En wilt u een
volière in de tuin neerzetten, dan zullen uw buren behalve het eventuele
schreeuwen ook de overige geluiden van uw vogels kunnen horen.
Overleg daarom vooraf met uw buren zodat u weet of dit problemen gaat
opleveren. Het is vervelend als u na de aanschaf merkt dat anderen
last hebben van uw huisdier en dat u in het uiterste geval uw dier weg
zult moeten doen.
Alles weten over uw dier
Wie aan papegaaien begint, moet zich vooraf goed in deze dieren
verdiepen om problemen te voorkomen. Het zijn in het algemeen geen
gemakkelijke huisdieren. Ze moeten bijvoorbeeld opgevoed en
gesocialiseerd worden. Zeker voor de wat grotere soorten is het erg
belangrijk dat u iets weet over het gedrag van papegaaien, zodat u
gedragsproblemen als schreeuwen, bijten of veren plukken kunt voorkomen.
Door hun intelligentie hebben zij veel aandacht nodig maar u moet ook
opletten hoe en op welk moment u die aandacht kunt geven. Er bestaan
gelukkig cursussen over papegaaiengedrag die behalve heel leuk ook heel
leerzaam zijn voor iedereen die een papegaai wil gaan aanschaffen of er
al een heeft. Het is absoluut aan te raden zo’n cursus te volgen voordat
u een papegaai koopt. Ook bestaan er nuttige boeken en DVD’s over het
trainen van een papegaai.
Ook de voeding en huisvesting zijn belangrijk om uw papegaai gezond te
houden, het komt helaas nog veel voor dat deze vogels ziek worden
doordat zij niet de juiste voeding krijgen of verkeerd gehuisvest zijn.
Er bestaan verschillende mogelijkheden om u te oriënteren. Van een
aantal papegaaien- en parkietensoorten bestaan LICG
huisdierenbijsluiters die u de basisinformatie geven die u moet weten.
Daarnaast is op de website onder ‘Praktisch’ nog meer informatie over
papegaaien te vinden. Ook diverse organisaties zoals Pakara, de NBvV
(Nederlandse Bond van Vogelliefhebbers) en Stichting
Papegaaienhulp bieden allerlei informatie en tips over het houden van
papegaaien en parkieten.
Voor een cursus over papegaaiengedrag kunt u onder andere terecht bij
Tinley, Adviespraktijk voor vogels, Bonny Talsma Training en
Adviescentrum of de Papegaaienschool.
Welke consequenties heeft het hebben van een papegaai of parkiet voor
mij?
Als u een papegaai of parkiet aanschaft, heeft dit consequenties. De
vogels kosten u tijd en geld voor verzorging en ze hebben aandacht
nodig. Sta daarom eerst even stil bij de hieronder genoemde punten.
Eenmalige en vaste kosten
De aanschafprijzen van papegaaien en parkieten liggen ver uiteen: een
grasparkiet koopt u vanaf zo’n tien tot vijftien euro maar de grotere
papegaaien als de grijze roodstaartpapegaai kosten vanaf ongeveer 500
euro, voor een Ara telt u al gauw 1000 euro of meer neer en voor
bijzondere soorten kunt u zelf het tienvoudige daarvan kwijt zijn.
Het is belangrijk dat zeker de grotere papegaaien getest worden op een
aantal besmettelijke ziekten: PBFD (Psittacine Beak and Feather Disease,
oftewel snavel- en veerrotziekte), Chlamydia psittaci, Avian Borna virus
(ABV, het virus dat geassocieerd is met kliermaagdilatatieziekte (PDD))
en eventueel Polyoma. Worden de grote papegaaien samen gehouden met
kleinere vogels dan moeten ook die getest worden, want zij kunnen
dragers zijn van deze ziekten zonder er zelf ziek van te worden en
kunnen dan de grotere papegaaien besmetten.
Deze tests kosten al snel meer dan 100 euro. Soms zit dit bedrag al bij
de aankoopprijs inbegrepen. Houd er echter rekening mee dat als een
papegaai al voor aankoop getest is, het mogelijk is dat hij daarna
alsnog in aanraking is gekomen met een besmet dier waardoor hij toch
besmet is geraakt. Daarom is het advies om de test zelf te laten
herhalen binnen 72 uur na aankoop en de vogel tot de uitslagen binnen
zijn apart te houden van eventuele andere aanwezige vogels.
De tests zijn niet alleen belangrijk voor de nieuwe papegaai of
eventueel al aanwezige vogels: bedenk dat de ziekteverwekker Chlamydia
psittaci, die papegaaienziekte of psittacose veroorzaakt bij de
papegaai, ook voor mensen besmettelijk is!
Voor de aanschaf is het verstandig een cursus over papegaaiengedrag en
-verzorging te volgen, de kosten daarvan verschillen per cursus.
Behalve de vogel(s) zelf heeft u een ruime kooi of een volière nodig.
Hoe duur dat is, hangt uiteraard af van de huisvesting die u kiest en
welke soort vogel u wilt kopen. Bezuinig niet op de aankoop van de kooi,
want uw papegaai zal daar jarenlang mee moeten kunnen doen. Bovendien
kan een goede huisvesting veel problemen voorkomen. Kies dus een goed
formaat en degelijk materiaal, zoals RVS. Let bij gegalvaniseerde kooien
goed op dat er niet van geknaagd wordt en dat er geen laagje grijs-wit
zinkoxide op komt te staan, want zink is giftig voor de vogels. Borstel
zo’n laagje er regelmatig goed af met water en azijn en spoel goed na,
het zinklaagje lost dan op in het zuur.
Daarbij komt dan de inrichting zoals voer- en drinkbakjes, zitstokken of
takken en een speelboom en verrijkingsmateriaal om de vogel bezig te
houden. Denk er ook aan dat u uw kamer veilig voor vogels moet maken als
u de vogels los in de kamer wilt laten. Werk snoeren weg, zet geen
giftige planten of andere giftige dingen neer (denk ook aan medicijnen
en aan etenswaar zoals chocolade) en hang vitrage voor de ramen zodat de
vogels daar niet tegenop vliegen maar zorg dat er geen loodkoord in zit:
lood is erg giftig!
Terugkerende kosten zijn die voor voer, bodembedekking, speelgoed en ook
de zittakken zullen af en toe vervangen moeten worden. Denk er aan dat
de nog steeds aangeboden zadenmengsels voor papegaaien nooit voldoen
voedingsstoffen bevatten en dat u voor alle papegaaien als basisvoeding
speciale pellets zult moeten kopen, die duurder zijn. De juiste voeding
kan echter veel narigheid en ziekten, en daarmee ook hoge kosten,
voorkomen .
Medische kosten zijn de jaarlijkse controle bij een dierenarts die
deskundig is op het gebied van vogels en eventueel kosten voor
kortwieken of bijwerken van snavel en nagels. Ook kan het gebeuren dat u
onverwacht met een papegaai naar de dierenarts moet, houd dus rekening
met extra kosten. Er bestaat een ziektekostenverzekering voor
papegaaien, overweeg of het voor u zinvol is deze af te sluiten. Als uw
vogel gedragsproblemen ontwikkelt, kunt u de hulp van een
papegaaiengedragsdeskundige nodig hebben.
Wie zorgt er voor het dier als u dat niet kunt?
Voor u papegaaien of parkieten aanschaft moet u bedenken wie er voor de
vogel(s) kan zorgen als u op vakantie wilt of om andere redenen
tijdelijk niet zelf voor de dieren kunt zorgen. Als de vogels thuis
blijven moet er minstens elke dag iemand bij hen komen om vers water,
voer en aandacht te geven, liefst twee maal per dag. Die moet ook kijken
of ze zich normaal gedragen, goed eten en of alles in orde is. Het is
daarom belangrijk dat de oppas uw papegaai redelijk kent en weet waar
hij of zij op moet letten. Bovendien moet de papegaai vertrouwd zijn met
de verzorger om problemen te voorkomen, papegaaien zijn lang niet altijd
vriendelijk tegen onbekenden. Heeft u een soort die veel aandacht vraagt
dan is twee maal daags even komen kijken niet voldoende!
U kunt uw papegaai of parkiet ook naar iemand toe brengen die er voor
wil zorgen. Maar dan moet die persoon wel voldoende ruimte en tijd
hebben! Als de oppas zelf vogels heeft, let dan op dat die gezond zijn
en getest op besmettelijke ziekten. Een proefperiode is verstandig,
zodat u voor u langere tijd weggaat weet of de vogel zich prettig voelt
bij de oppas. Laat in elk geval contactgegevens achter.
Er bestaan ook pensions die papegaaien of parkieten kunnen onderbrengen.
U moet dan op tijd reserveren en nagaan of er medische eisen zijn
waaraan uw vogel moet voldoen. Dit is ook voor de gezondheid van uw
papegaai belangrijk; als er vogels worden toegestaan die niet getest
zijn, loopt uw papegaai een risico! Ga bovendien eerst eens kijken hoe
de vogel gehuisvest zal worden zodat u kunt inschatten of dit bij het
karakter van uw papegaai past.
In sommige gevallen is het ook mogelijk een papegaai mee te nemen op
vakantie. Houd er echter wel rekening mee dat niet elke vogel dit
prettig vindt en dat u bovendien moet letten op de invoereisen van uw
vakantieland; papegaaiachtigen worden niet altijd zomaar toegelaten en
dit kan betekenen dat u uw reisplannen aan moet passen. Op de website
van het LICG leest u hoe u de invoereisen van een land kunt achterhalen.
Omdat papegaaien bij een goede voeding en verzorging erg oud kunnen
worden, moet u ook bijtijds bedenken wat er met de papegaai moet
gebeuren als u er zelf niet meer bent of als u naar een
verzorgingstehuis moet en de vogel niet mee mag nemen. Bespreek dit
vooraf met familie of vrienden en leg dit eventueel vast in uw
testament.
Al een huisdier in huis?
Als u al een huisdier heeft, is het natuurlijk belangrijk dat een
kromsnavel hierbij past.
Dieren als honden en katten gaan niet altijd goed samen met een papegaai
of parkiet, als u de vogel ook los in de kamer wilt laten vliegen. Hond
en kat kunnen de vogel achterna zitten, maar de papegaai kan ook de kat
of hond lastig vallen, plagen en verwonden. Maar als de dieren, liefst
van jongs af aan, aan elkaar gewend zijn, kan het heel goed gaan. Let
wel op: ook als ze goed met elkaar om kunnen gaan, zult u altijd moeten
opletten en de dieren niet samen alleen kunnen laten. Mocht de papegaai
toch worden gebeten of gekrabd worden dan moet u hiermee altijd naar een
dierenarts, want er kan een dodelijke bloedvergiftiging ontstaan.
Met dieren die in een hok of kooi zitten is het risico minder groot, al
zult u moeten opletten dat een papegaai of parkiet niet door de tralies
van een kooi heen bij bijvoorbeeld konijn of cavia kan. Bovendien kunnen
konijnen en knaagdieren bang zijn van de schelle geluiden die de parkiet
of papegaai maakt.
Een aquarium of terrarium is op zich geen probleem. Let wel op de
veiligheid: de bak moet vanzelfsprekend afgedekt zijn als deze in
dezelfde ruimte staat waar de papegaai los is, en werk de snoeren van
verlichting en verwarming of de slangen van de pomp goed weg zodat de
papegaai deze niet kapot kan bijten.
Natuurlijk is het ook mogelijk dat u al een papegaai of parkiet in huis
hebt en daar een tweede bij wilt hebben. Vaak kan dat, maar dit hangt
ook af van de geschiedenis van uw papegaai en of hij heeft leren omgaan
met andere vogels. Neem nooit zomaar een nieuwe papegaai of parkiet als
de ander probleemgedrag vertoont. De kans bestaat dan dat de nieuwe
papegaai het probleemgedrag overneemt. Ook kost het opvoeden en trainen
van een papegaai tijd en energie. Heeft u maar beperkte tijd, dan kunt u
dus beter wachten tot de eerste papegaai goed is opgevoed, zodat u de
gelegenheid heeft om aan de opvoeding van de nieuwe papegaai te werken.
Bovendien moet u de introductie zorgvuldig en rustig aanpakken en de
dieren niet direct (en soms helemaal niet) samen in een kooi zetten.
Wilt u twee papegaaien introduceren en heeft u hier geen ervaring mee,
zorg dan dat u zich eerst hierin verdiept en vraag eventueel advies bij
iemand die deskundig is op het gebied van papegaaiengedrag. Zorg dat
beide dieren getest zijn op ziekten.
Tijd voor opvoeding, training en spelen
Het houden van een papegaai of parkiet kost tijd. Naast dagelijkse
verzorging moet u, zeker voor de grotere parkieten en papegaaien, ook
dagelijks voldoende tijd uittrekken om hen op te voeden, te trainen en
hen gerichte aandacht te geven met bijvoorbeeld spelletjes. Als een
papegaai te weinig aandacht krijgt en niet goed wordt opgevoed, kan hij
vervelend gedrag gaan vertonen zoals krijsen, bijten of plukken.
U zult uw leven op de papegaai moeten aanpassen zodat u bijtijds thuis
bent en genoeg tijd heeft voor uw papegaai, net zoals u dat bij een hond
zou moeten doen.
Houdt u een groepje in een volière dan bent u minder tijd kwijt aan het
bezig houden van de vogels, maar het schoonmaken vergt wat meer tijd en
vergeet niet dat de volière regelmatig onderhouden moet worden.
Denk er aan dat papegaaien oud kunnen worden en dat zij al die tijd
aandacht van u zullen vragen. Een grijze roodstaart, amazone of Ara is
wat dat betreft te vergelijken met een peuter of kleuter, maar dan wel
eentje die zeker 25 maar (bij goede verzorging) soms wel zo’n 60 jaar
oud kan worden. Bedenk goed of u daar echt aan wilt beginnen voor u tot
de aanschaf van zo’n papegaai overgaat.
Wat voor papegaai of parkiet wil ik aanschaffen? Kromsnavels in allerlei
soorten en maten
Er bestaan meer dan 350 soorten papegaaien en parkieten, waarvan een
beperkt aantal als huisdier wordt gehouden. Ze verschillen niet alleen
in kleur en formaat maar hebben verschillende behoeften, ander gedrag en
kunnen daarom meer of minder geschikt zijn voor uw situatie. Een
verkeerde keuze kan dan ook veel problemen geven, en een goede keuze
juist veel plezier. Het is daarom heel belangrijk dat u de soort kiest
die bij u past.
Bij het maken van een keuze is het vooral belangrijk om op het karakter
van een papegaai te letten en op welke verzorgingseisen het dier stelt,
en u niet te laten leiden door een mooi uiterlijk. Laat u dus goed
voorlichten, zoek informatie op over de soort die u op het oog heeft en
ga liefst te rade bij liefhebbersverenigingen waar u mensen kunt spreken
die ervaring hebben met de soort. Deze oriëntatie kost tijd, maar bedenk
dat het gaat om een nieuw gezinslid dat u lange tijd in huis zult
hebben, soms zelfs de rest van uw leven!
Let op het temperament van de soort; sommige soorten zijn relatief
rustig en gevoelig voor drukte en stress, zoals de grijze
roodstaartpapegaai en langvleugelpapegaaien (Poicephalus soorten),
andere zijn temperamentvol en maken meer herrie, zoals veel
amazonepapegaaien, ara’s en diverse andere Zuid-Amerikaanse soorten
zoals de zonparkiet. Pionus soorten komen weliswaar uit Zuid-Amerika
maar zijn een stuk minder luidruchtig dan veel andere papegaaien uit dit
continent. Kaketoes kunnen veel lawaai maken en staan bekend om hun
harde stem.
Sommige soorten hebben extra veel aandacht en opvoeding nodig om
probleemgedrag zoals krijsen, slopen en bijten te voorkomen, zoals de
meeste kaketoes en ara’s. Deze zijn hooguit geschikt voor ervaren
papegaaienhouders. Kaketoes zijn het eerste jaar vaak heel lief en
knuffelig, maar dit gedrag kan snel omslaan en vaak ontstaan bij deze
soorten ook problemen met schreeuwen, agressie of automutilatie
(zelfverminking). Ook kunnen ze zich te erg hechten aan één persoon en
dan agressie vertonen naar bijvoorbeeld uw partner.
Luister ook vooraf naar het stemgeluid van volwassen dieren, want bij
sommige soorten (zoals de valkparkiet (die bij de familie van de
kaketoe’s hoort), zonparkiet (en andere aratinga’s), caique, veel
Agapornis soorten) kan dat vrij schel zijn en daar moet u wel tegen
kunnen.
Ook de manier waarop u de vogel(s) wilt huisvesten is belangrijk voor uw
keuze. Wilt u een vogel in huis, dan zijn lori’s minder geschikt. Zij
eten fruit en hebben daardoor dunne ontlasting die overal terecht komt,
en kunnen bovendien veel herrie (een erg schel geluid) maken. Ook veel
Australische parkieten (met uitzondering van de bekende grasparkiet die
goed tam kan worden) en Afrikaanse parkieten (Psittacula soorten, zoals
de halsbandparkiet) doen het beter in een volière omdat ze niet
makkelijk tam worden.
Naast deze overwegingen spelen de hoeveelheid tijd en ruimte die u ter
beschikking heeft, uw ervaring met papegaaien en ook de leeftijd die de
papegaai kan bereiken een belangrijke rol bij het maken van een goede
keuze. Heeft u geen ervaring, begin dan met een van de kleinere soorten
zoals de grasparkiet, valkparkiet, Agapornis of eventueel een Pionus als
u een rustig huishouden heeft. Ook Poicephalus soorten zoals het bonte
boertje komen in aanmerking, als u er voor zorgt dat deze zich niet aan
één persoon gaan hechten en daardoor agressief worden naar andere
mensen.
Jong of volwassen dier?
Een jonge papegaai kunt u zelf opvoeden. Belangrijk hierbij is dat de
vogel door de ouders is grootgebracht maar wel contact heeft gehad met
mensen.
De zogenaamde ‘handopfok’ waarbij vogels heel jong bij de ouders worden
weggehaald en dan door de kweker worden gevoerd, is met ingang van 1
juli 2014 niet meer toegestaan. In het besluit Houders van Dieren is per
soort vastgelegd vanaf welke leeftijd papegaaien van hun ouders
gescheiden mogen worden. Dit is de leeftijd waarop de jonge vogels
zelfstandig zijn. Zoek dit dus op voor de soort die u op het oog heeft
in de bijlage van het Besluit.
De reden hiervoor is dat handopfok vaak als resultaat had dat de vogel
helemaal op mensen gericht was en ook in de mens een seksuele partner
zag. Dit verschijnsel heet inprenting. Een mens kan echter nooit een
andere vogel vervangen en als deze niet aan de verwachtingen van de
vogel tegemoet kan komen, kan de vogel agressief of gefrustreerd worden.
Deze accepteerden meestal ook geen andere vogel meer als partner. Vaak
werd gezegd dat een vogel die met de hand was grootgebracht, tammer
werd, maar dit leverde juist problemen op.
Als gevolg van de nieuwe wet moeten papegaaien nu door de ouders worden
gevoerd en opgevoed, daarna kunnen ze in een groep jonge vogels
samenleven en ook aan het contact met mensen wennen tot ze helemaal
zelfstandig zijn. Bij grotere soorten is het belangrijk dat ze, terwijl
ze nog door de ouders gevoerd worden, al wel wat contact met mensen
hebben. Let op dat de ouders tamme, goed gesocialiseerde vogels zijn.
Ga na of de vogel die u wilt kopen wel oud genoeg is. Koop, zeker als
onervaren eigenaar, nooit een vogel die nog niet zelfstandig kan eten,
want deze is nog te jong. Bovendien is het moeilijk om de vogel dan aan
ander voer te laten wennen en kunnen er allerlei problemen optreden bij
handopfok, zoals kropverbranding, kropinfectie, gedragsproblemen op
latere leeftijd en dergelijke.
U kunt ook overwegen een volwassen vogel te kopen of van iemand over te
nemen. In dat geval is het belangrijk dat u veel vragen stelt en de
vogel meerdere keren observeert voor u besluit hem mee te nemen.
Achterhaal waarom de vogel wordt weggedaan, of het dier probleemgedrag
vertoont, hoe oud hij is en wat zijn herkomst is. Vogels die in
gevangenschap zijn geboren, zijn in het algemeen tammer en makkelijker
aangepast aan leven in gevangenschap. U kunt hen herkennen aan een
volledig gesloten (naadloze) voetring. Vogels met een dichtgeknepen
voetring of zonder ring zijn doorgaans uit het wild gevangen. Heeft u
geen ervaring met papegaaien, begin dan niet aan een dier dat al
probleemgedrag vertoont.
Kijk bij een volwassen papegaai ook of het klikt tussen u en de vogel.
Is dit niet het geval, dan kunt u het dier beter niet meenemen.
Papegaaien kunnen een uitgesproken voorkeur of afkeer hebben voor
bepaalde personen.
Verschil tussen mannetjes en vrouwtjes
Er is bij papegaaien vaak wel wat verschil in gedrag tussen de mannetjes
en de vrouwtjes, maar dit kan per soort verschillen. Bij diverse soorten
vertonen de mannen wat vaker agressie om hun nestgebied te verdedigen,
en bij bijvoorbeeld de amazonepapegaai en de Pionus zijn de mannen in
het broedseizoen agressiever. Maar soms zijn het juist de vrouwelijke
papegaaien (poppen) die agressief gedrag vertonen als ze broeds zijn en
hun nest willen verdedigen, bijvoorbeeld bij de Agapornis.
Niet bij alle soorten zijn de mannetjes agressiever dan de vrouwtjes;
bij de edelpapegaai is juist de man meegaander en daardoor geschikter
als huisdier dan het vrouwtje. Bij het maken van de keuze moet u dus
goed nagaan hoe dit bij de door u gewenste soort is.
Denk er aan dat papegaaien individueel sterk van karakter kunnen
verschillen en dat ook de opvoeding veel invloed heeft op het gedrag.
Overigens is het bij veel soorten papegaaien moeilijk of onmogelijk om
te zien of een dier een mannetje of vrouwtje is, hiervoor kan het beste
een DNA bepaling worden gedaan. Bij een aantal soorten is het geslacht
wel op het oog te bepalen, soms na enige oefening en vaak pas bij
volwassen vogels. Zo hebben vrouwelijke grasparkieten een lichtgekleurde
neusdop terwijl volwassen mannetjes bij de meeste kleurslagen een blauwe
tot paarse neusdop hebben. Mannelijke halsbandparkieten hebben vanaf een
leeftijd van ongeveer drie jaar een zwarte nekstreep die de vrouwtjes
missen. Bij de volwassen wildkleur valkparkiet is de kop van het
mannetje geler dan die van het vrouwtje en hebben de vrouwtjes
horizontale streepjes op de onderkant van de staartveren terwijl die bij
de man egaal gekleurd zijn. Bij de edelpapegaai is het verschil
overduidelijk: de mannelijke edelpapegaai is overwegend groen gekleurd
terwijl het vrouwtje fel rood en blauw is.
Eén dier of meer?
Papegaaien leven in de natuur vrijwel allemaal in groepen. Toch worden
ze als huisdier vaak alleen gehouden. Dat kan vaak prima, maar het
betekent wel dat ze aandacht en afleiding van u nodig hebben. Zeker als
u nog geen ervaring heeft met papegaaien kunt u het beste met één dier
beginnen, zodat u voldoende tijd en aandacht kunt besteden aan de
opvoeding.
Het is ook mogelijk om twee (of meer) papegaaien te houden, van dezelfde
of verschillende soorten. Zet echter nooit zomaar twee papegaaien samen.
Houd rekening met het temperament en formaat van de vogels, want een
grote papegaai kan een kleine flink verwonden. Ook blijken kromsnavels
uit hetzelfde werelddeel vaak beter bij elkaar te passen dan vogels uit
verschillende werelddelen.
Introduceer de vogels altijd heel voorzichtig. Ze moeten eerst aan
elkaar wennen, en ook dan is het vooral bij grotere papegaaien lang niet
altijd haalbaar hen samen in een kooi te huisvesten. Beter is dan om elk
een eigen verblijf te geven en hen regelmatig samen te laten spelen op
neutraal terrein.
Sommige soorten, zoals de Agapornis dwergpapegaaien of grasparkieten,
kunnen beter als paartje gehouden worden. Begin dan liefst direct met
twee jonge dieren.
In een buitenvolière horen meerdere dieren te zitten, want een vogel die
in zijn eentje buiten wordt gehouden, mist het sociale contact (met
mensen en andere dieren) en kan daardoor vereenzamen. Afhankelijk van de
soort kan het zijn dat de dieren het beste in koppels of juist in
grotere groepen kunnen worden gehouden.
Wilt u meer dan één papegaai in huis houden, bedenk dan of u voldoende
tijd heeft om beide vogels afzonderlijk aandacht te geven en op te
voeden. Zo niet, zorg dan dat de eerste goed is opgevoed en geen
probleemgedrag vertoont voor u er een tweede vogel bijneemt. Kies
dezelfde soort of soorten die bij elkaar passen qua karakter. Ga na of
het bij uw soort(en) belangrijk is om te letten op de geslachten van de
dieren: niet altijd kunnen mannen bij mannen of vrouwen bij vrouwen.
Houd er rekening mee dat u elke vogel dagelijks individuele aandacht
moet geven.
Houd een nieuwe vogel altijd eerst, tenminste 30 dagen, in quarantaine
en laat hem testen op besmettelijke ziekten. Dit betekent dat hij tot de
uitslagen binnen zijn in een andere ruimte moet worden gehouden en dat u
zelf hygiënisch te werk moet gaan (handen wassen, aparte voer- en
waterbakjes en dergelijke) zodat u geen ziekten kunt overbrengen tussen
het nieuwe en het al aanwezige dier.
Waar wil ik het dier gaan aanschaffen?
Er zijn verschillende manieren om aan een papegaai of parkiet te komen.
Het is belangrijk dat u een goed adres vindt zodat u een goede aanschaf
doet. Hieronder leest u waar u op kunt letten
Een betrouwbaar adres?
Papegaaien en parkieten zijn te koop via kwekers, dierenspeciaalzaken,
beurzen, vogelmarkten, handelaren en particulieren (al dan niet via
internet) of via een opvang.
Koopt u bij een dierenspeciaalzaak, dan is het prettig als deze is
aangesloten bij Dibevo. De hierbij aangesloten dierenspeciaalzaken
hebben een klachtenregeling en een geschillencommissie. Het is
verstandig om vooraf uit te zoeken hoe de reputatie van de winkel is.
Voor kwekers bestaat er een keurmerk van Pakara, een bond voor
liefhebbers, houders en kwekers van papegaaien. Daarvoor wordt een
aantal voorwaarden gesteld, zoals dat de vogels getest moeten zijn op
PBFD. Op hun website kunt u alle voorwaarden en de aangesloten kwekers
vinden.
Het kopen van een papegaai op een markt of via een handelaar is af te
raden. Men weet vaak niets over de herkomst, de ouders en de reden
waarom de papegaai verkocht wordt.
Overweegt u een papegaai over te nemen van een particulier, ga dan
meerdere keren kijken, stel veel vragen, maak hele goede afspraken en
zet deze op papier. Spreek af dat u met de vogel naar een eigen
vogeldierenarts kunt gaan, en wie eventuele medische kosten betaalt als
er kort na aankoop is mis blijkt te zijn.
In een gespecialiseerde vogel- of papegaaienopvang kan men u vaak veel
informatie geven over de dieren. Let ook hier op of de vogel gezond en
getest is en of er probleemgedrag of aandachtspunten zijn. Ga na of u
ook na de aanschaf met uw vragen terecht kunt.
Waar u de papegaai ook koopt, let op dat een jonge papegaai wettelijk
oud genoeg is, zelfstandig eet en dat de vogel getest is op in elk geval
PBFD, Chlamydia, ABV en eventueel Polyoma. Vraag om de uitslagen op
papier.
Een betrouwbare verkoper zal u veel vertellen over de vogel, is goed
bereikbaar, zowel vóór als na de koop, en blijft beschikbaar voor vragen
achteraf. Hij zal u ook vragen stellen om te zien of u de papegaai een
goed thuis kunt bieden. Hij werkt met een degelijk aankoopcontract waar
duidelijk in staat wat uw rechten en plichten zijn.
Eerste hulp bij lokkertjes
Ga nooit af op kreten als ‘wees er snel bij’, ‘op is op’ of ‘speciale
prijs’. Een papegaai mag nooit een impulsaankoop zijn, en als de
verkoper er zo snel mogelijk af wil en u geen vragen stelt dan moeten er
alarmbellen gaan rinkelen. Laat u ook niet verleiden door garanties over
het ‘praten’ van de vogel, dit is nooit te garanderen en bovendien zijn
er veel belangrijkere zaken om op te letten als u een vogel uitzoekt.
Juist met een papegaai, die lang leeft en gespecialiseerde verzorging en
opvoeding nodig heeft, is het belangrijk dat u en de vogel een goede
start hebben en dat u niet overhaast te werk gaat.
Waar moet ik bij de aanschaf op letten?
Als u een goed adres heeft gevonden, is er nog een aantal zaken waar u
goed op moet letten bij het kiezen van een papegaai of parkiet. U wilt
immers een gezonde vogel die aan uw verwachtingen voldoet. Hieronder
leest u wat de belangrijkste punten zijn.
Gezondheid
Kijk hoe het verblijf van de papegaai er uit ziet en uiteraard naar de
vogel zelf. Neus, ogen en cloaca moeten netjes schoon zijn. De veren
moeten netjes aansluiten. De ademhaling moet gemakkelijk en zonder
bijgeluiden zijn. De vogel moet levendig en alert zijn, mag niet bol en
in elkaar gedoken zitten en de ontlasting moet stevig zijn (behalve bij
lori’s).
Gedrag
Let ook op het gedrag van de vogel. Een gezonde vogel is alert en
actief. Reageert hij angstig of gespannen op benadering door mensen?
Trillen is vaak een teken van nervositeit, net als vleugels klapperen of
zich uitrekken. De grijze roodstaart kan bij angst grommen, terwijl de
dwergara en de amazone van angst kunnen gaan hijgen. Is hij agressief?
Of is hij nieuwsgierig en laat hij zich benaderen? Houd wel rekening met
hoe u zelf de papegaai benadert: stap niet direct recht op hem af en
staar niet naar hem, dat vinden veel papegaaien bedreigend.
Let bij aankoop van een jonge papegaai ook op het gedrag van de ouders,
indien mogelijk, want zij kunnen hun gedrag doorgeven aan hun jongen,
zowel omdat dit deels erfelijk kan zijn als doordat de jonge vogels het
gedrag van hun ouders nadoen. Als u geen ervaring heeft met
papegaaiengedrag is het moeilijk om ongewenst gedrag weer om te buigen.
Leeftijd
Let bij jonge vogels op of ze een gesloten pootring hebben en dus in
gevangenschap gekweekt zijn, want het is verboden om papegaaien uit het
wild te importeren. Ook kunt u aan de hand van de pootring de leeftijd
van de vogel achterhalen. Kijk ook goed naar de vogel zelf. Vaak zijn er
aanwijzingen waaraan u kunt zien of u met een jonge vogel te maken
heeft, hoewel het soms moeilijk is als u geen ervaring heeft met de
soort. Bij de grotere papegaaien duurt het soms wel anderhalf jaar voor
de vogels een volwassen uiterlijk hebben.
Jonge papegaaien en parkieten hebben vrijwel altijd donkerdere ogen dan
volwassen dieren. Ook kan de kleur van de veren soms een aanwijzing
geven, bijvoorbeeld als die van de jongen doffer is zoals bij de Pionus
of het bonte boertje. Jonge grasparkieten hebben een blekere neusdop en
donkere ogen zonder de witte rand die volwassen dieren hebben.
CITES
Koopt u een dier dat op de CITES bijlagen staat dan moet u er speciale
aankooppapieren bijkrijgen. Dit geldt voor bijna alle papegaaien en
parkieten. De meeste staan op bijlage II maar er zijn ook soorten
waarvoor strenge eisen gelden en die op bijlage I staan, ga dit na voor
de soort van uw keuze.
Bent u er klaar voor?
Zorg dat u een verblijf klaar heeft op het moment dat u de vogel(s) gaat
ophalen. Op die manier kan uw kromsnavel meteen na het vervoer rustig
wennen op een eigen plek. Geef hem daar ook rustig de tijd voor en zorg
dat hij een beschut plekje heeft.
In de Huisdierenbijsluiters leest u waar u bij de huisvesting voor uw
kromsnavel op moet letten. Zorg ook voor het juiste voer, bodembedekking
en inrichting van de kooi.
Voor het vervoer op weg naar huis heeft u een stevige en tochtvrije bak
nodig waar natuurlijk wel frisse lucht in moet kunnen komen, zoals een
vervoerbox voor knaagdieren of katten of een speciale reisbox voor
vogels met een zitstok en eventueel tralies waar de vogel zich aan vast
kan houden. Kies bij een grote papegaai voor een reisbox met een metalen
deur, want zij knagen snel door plastic heen! Zorg dat de vogel beschut
zit, zeker voor een nerveuze vogel is een donkere reisbox prettiger.
Hang eventueel een doek over de box. Houd rekening met de temperatuur
tijdens het vervoer, let op dat het niet te warm of te koud wordt en
laat uiteraard de vogel nooit in een geparkeerde auto achter.
|